De branchevereniging van crowdfundingplatformen in Nederland en de Autoriteit Financiële Markten (AFM) zijn al enige tijd in overleg over verdere regulering van crowdfunding om uiteindelijk tot een goed gereguleerde groei te komen. De AFM heeft naar aanleiding hiervan een aantal maatregelen aangekondigd. Deze maatregelen worden echter niet allemaal positief ontvangen en ook is niet altijd duidelijk hoe en of de aangekondigde maatregelen in de praktijk zullen werken. We zullen op een aantal afgekondigde maatregelen ingaan.
Investeringsgrenzen
De investeringsgrenzen voor natuurlijke personen worden verhoogd van € 40.000 naar € 80.000 per platform. Onduidelijk is waarom er nog steeds een grens blijft gelden, terwijl er voor andere investering- en beleggingsvormen geen restricties zijn.
Als natuurlijke personen gebruik gaan maken van meerdere platformen om zodoende meer dan € 80.000 te kunnen investeren, dan komt dit de transparantie niet ten goede. Gezien de huidige rentes op spaarrekeningen zijn vermogende natuurlijke personen, om extra rendement te behalen, bereid om steeds meer te investeren in het MKB. Als dit dus een maatregel is om de consument te beschermen, dan lijkt deze een tegengesteld effect te hebben. Het zal de crowdfundingmarkt in Nederland eerder belemmeren dan stimuleren.
Investeerderstoets
De AFM introduceert een investeerderstoets. De crowdfundingmarkt pleit hier al een aantal jaar voor echter roept de uitwerking van deze maatregel door de AFM de nodige vraagtekens op.
Nieuwe investeerders via crowdfunding dienen vanaf heden, ongeacht het bedrag van de investering, de investeerderstoets in te vullen. Dit geldt ook voor bestaande investeerders die een nieuwe investering doen. Indien een investeerder in totaliteit meer dan € 5.000 investeert dient hij bij elke nieuwe investering, ongeacht de omvang, ook de “vermogensvragen” uit de investeerderstoets in te vullen.
Een investeerder die zijn risico spreid en in meerdere projecten investeert ziet hier niet bij elke volgende investering op te wachten. Een investeerder die investeert via meerdere platformen en hierdoor in totaliteit boven de € 5.000 uit komt dient officieel de vermogensvragen in te vullen. Of deze investeerder boven de € 5.000 investering uitkomt is in de praktijk voor de crowdfundingplatformen dus niet altijd meetbaar.
Ook voor eenmalige investeerders die met een klein bedrag een vriend of familielid willen helpen, worden door deze maatregel onnodige drempels opgeworpen. Dit kan hen besluiten af te haken.
Vergunning of ontheffing
Crowdfundingplatformen in Nederland dienen te beschikken over een vergunning of ontheffing van de AFM. Het onderscheid in deze is voor de consument niet te maken. Wat de voorwaarden en consequenties zijn is niet altijd duidelijk. Waarom kan het ene platform opvorderbaar geld aanhouden en het andere platform niet. Wat mag de consument verwachten in het kader van betrouwbaarheid en deskundigheid. De voorwaarden hieromtrent blijven onduidelijk.
In zijn algemeenheid kunnen we stellen dat de maatregelen een weg in de goede richting zijn, alleen valt over de nodige maatregelen nog genoeg te twisten. Door een aantal maatregelen worden voor investeerders substantiële (administratieve) barrières opgeworpen. Sommige maatregelen werken eerder belemmerend dan stimulerend voor de crowdfundingplatformen in Nederland. De branchevereniging van crowdfundingplatformen in Nederland voelt zich tijdens de overleggen niet genoeg gehoord door de AFM en kan zich niet vinden in een groot deel van maatregelen. Kortom er is nog een grote stap te maken voor de verdere regulering van crowdfunding in Nederland.