Search

Brengt de zaak verder

De looptijd van een zakelijke financiering

U wilt een zakelijke financiering aanvragen en vraagt zich af wat de mogelijke looptijden bij de bank zouden kunnen zijn. Met looptijd wordt de periode bedoeld waarin de financiering weer terugbetaald moet zijn. Bij een lening vindt de terugbetaling plaats in de vorm van periodieke aflossingen. Dit kan bijvoorbeeld per maand of kwartaal zijn, maar ook een terugbetaling ineens op een vaste afgesproken datum behoort tot de mogelijkheden. Ook bij het afsluiten van een krediet kan een terugbetalingsperiode worden overeengekomen. Een aflossing op een krediet heet dan een inperking. Vaak wordt een krediet verstrekt ter wederopzegging, wat wil zeggen in beginsel voor onbepaalde tijd. Maar er kan ook een periodieke vermindering van de kredietlimiet worden afgesproken. Waar een aflossing op een lening een echte betaling betreft, hoeft dit bij een inperking op een krediet niet echt zo te zijn. Stel een krediet wordt niet volledig benut, dan kan de limiet door de bank worden ingeperkt zonder dat u als kredietnemer dit merkt. Alleen zullen mogelijk wel de bankkosten afnemen, zoals de diverse provisies die vaak in rekening gebracht worden.

De looptijd van een zakelijke financiering bedraagt over het algemeen tussen de 1 en 20 jaar. Welke periode passend is, hangt met name af van het doel waarvoor u wilt lenen. Probeer de looptijd van de zakelijke financiering altijd af te stemmen op de investering die u doet, wanneer zal deze voldoende inkomsten opleveren om uw werkkapitaal met eigen geld vorm te geven? Hierbij komt de zogenaamde Gouden balansregel om de hoek kijken. Deze regel houdt kort gezegd in dat het vermogen qua looptijd zoveel mogelijk afgestemd dient te worden op de omlooptijd van de activa. Anders gezegd, de materiële vaste activa worden gefinancierd met eigen vermogen en langlopende schulden. Vlottende activa dienen met kortlopende schulden te zijn gefinancierd. Hoewel inmiddels ruimer wordt gedacht over deze stelling, geldt in ieder geval nog steeds dat materiële vaste activa niet gefinancierd dient te worden met kortlopende schulden.

Bij een lening is het aan te raden om de looptijd af te stemmen op de afschrijvingstermijn die voor de aan te schaffen activa geldt. Dit biedt ten eerste duidelijkheid. Zodra de activa afgeschreven zijn, dan is er ook geen verplichting meer aan de financier. Er kan dan besloten worden om met de activa door te blijven ondernemen, of te investeren in een nieuw activum waarvoor dan ook weer een nieuwe financiering kan worden aangevraagd. De gebruikelijke looptijd voor een financiering op een bedrijfspand is momenteel maximaal 20 jaar. Voor de aanschaf van vervoermiddelen, machines of overige bedrijfsinventaris geldt bijvoorbeeld een gewenste looptijd van 5 jaar.

Bij een zakelijk krediet is de looptijd vaak afhankelijk van de levensfase waarin de onderneming zich bevindt. Bij een starter of een snelle groeier is vaak bankkrediet gewenst om de groei te kunnen faciliteren en de pieken en dalen in de liquiditeit op te kunnen vangen. Bij een snel oplopende debiteurenstand zal een kredietlimiet dan vaak ook structureel benut zijn. Draait het bedrijf na verloop van tijd volgens verwachting en worden er steeds hogere winsten gerealiseerd, dan zal uiteindelijk de kredietbehoefte normaliter ook afnemen.

Afwijkende afspraken over de looptijd zijn vaak aan de orde wanneer een bank staatsgarantie wenst in te bouwen omdat er onvoldoende zekerheden beschikbaar zijn. De looptijd van de lening en de gekoppelde borgstelling van de staat is maximaal 6 jaar vanaf de datum van de eerste aflossing. Als de lening bedoeld is om te investeren in een gebouw of schip, geldt een periode van 12 jaar.

Tegenwoordig komen we ook vaak tegen dat een bank bereid is een lening met een bepaalde looptijd te verstrekken, maar dat de periodieke aflossing vervolgens op basis van een afwijkende periode berekend wordt. Stel voor de aankoop van onroerend goed is de financier bereid een lineaire lening te verstrekken met een looptijd van 10 jaar. De aflossingen gedurende deze periode worden vervolgens berekend op basis van een looptijd van 20 jaar. Zodra de eerste 10 jaar verlopen zijn en zodoende de helft van de lening is afgelost, dienen nieuwe afspraken met de bank te worden gemaakt. Het aflossingstempo blijft gelijk of gaat omhoog of omlaag, afhankelijk van het risicoprofiel van de onderneming van dat moment. Ook kan het zo zijn dat de lening ineens dient te worden afgelost. Dit kan wellicht ook door de lening bij een andere financier te herfinancieren, maar mogelijk is dan wel een boeterente verschuldigd aan de oorspronkelijke financier.

Wilt u weten welke financieringsvorm en looptijd het meest geschikt voor u zouden zijn, neemt u dan contact op met één van onze adviseurs.

DEEL DIT BERICHT